Voor het goed leren vervoegen van werkwoorden moet er veel worden geoefend! Dat kan op een plezierige manier met de serie Werkwoorden, twee fris en kleurrijk vormgegeven werkboeken waarin de moeilijkheden bij het vervoegen op een systematische manier worden behandeld. Elke moeilijkheid wordt kort en krachtig besproken en met voorbeelden verduidelijkt. Daarna volgen gevarieerde oefenopgaven, die klassikaal of individueel gemaakt kunnen worden. Door de vele herhalingsoefeningen krijgen leerlingen al snel meer grip op het gebruiken en vervoegen van werkwoorden.
In Werkwoorden A worden de stam en het gebruik van de stam van een werkwoord uitgelegd. Daarbij is er extra aandacht voor werkwoorden met een bijzondere stam waarbij een letter wegvalt, verandert of toegevoegd wordt. Ook de onregelmatige werkwoorden ‘hebben’ en ‘zijn’ krijgen ruim aandacht in dit deel. In alle oefeningen wordt de tegenwoordige tijd gebruikt. Werkwoorden B behandelt de verleden tijd en het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden, het voltooid deelwoord (ook als bijvoeglijk naamwoord) het onvoltooid deelwoord, de gebiedende wijs en de infinitief. In beide boeken kan flink worden geoefend!